Het boek ' Architect en aannemer' toont voor het eerst nauwgezet hoe in de vijftiende eeuw de basis werd gelegd voor onze huidige architectenpraktijk en bouweconomie.
In de Late Middeleeuwen maakte de bouwwereld in de Nederlanden een uitzonderlijke ontwikkeling door. Grote publieke bouwwerken als kerken en stadhuizen kwamen, in tegenstelling tot elders in Noord-Europa, niet in eigen beheer tot stand, maar werden steeds vaker openbaar aanbesteed. Aannemers konden verschillende producten aanbieden, variërend van prefab bouwpakketten in natuursteen tot de oplevering van een compleet gebouw. Deze nieuwe manier van werken vergde een andere rol van de architect dan voorheen. De architect was niet meer de voorman op de bouwplaats, maar een adviseur van de opdrachtgever die zich specialiseerde in het ontwerp en de coördinatie van het bouwproces.
Door de vele illustraties en uitgebreide achtergrondinformatie van nog altijd beroemde gebouwen als de Grote Kerk in Antwerpen, de Sint-Jan in ’s-Hertogenbosch, het stadhuis in Brussel en de Oude Kerk in Amsterdam is het boek niet alleen relevant voor architecten en bouwhistorici, maar is het ook aantrekkelijk voor iedereen die zich interesseert voor middeleeuwse bouwkunst.
>> Lees ook de recensie van Vincent Debonne op ArchiNed
Het boek ' Architect en aannemer' toont voor het eerst nauwgezet hoe in de vijftiende eeuw de basis werd gelegd voor onze huidige architectenpraktijk en bouweconomie.
In de Late Middeleeuwen maakte de bouwwereld in de Nederlanden een uitzonderlijke ontwikkeling door. Grote publieke bouwwerken als kerken en stadhuizen kwamen, in tegenstelling tot elders in Noord-Europa, niet in eigen beheer tot stand, maar werden steeds vaker openbaar aanbesteed. Aannemers konden verschillende producten aanbieden, variërend van prefab bouwpakketten in natuursteen tot de oplevering van een compleet gebouw. Deze nieuwe manier van werken vergde een andere rol van de architect dan voorheen. De architect was niet meer de voorman op de bouwplaats, maar een adviseur van de opdrachtgever die zich specialiseerde in het ontwerp en de coördinatie van het bouwproces.
Door de vele illustraties en uitgebreide achtergrondinformatie van nog altijd beroemde gebouwen als de Grote Kerk in Antwerpen, de Sint-Jan in ’s-Hertogenbosch, het stadhuis in Brussel en de Oude Kerk in Amsterdam is het boek niet alleen relevant voor architecten en bouwhistorici, maar is het ook aantrekkelijk voor iedereen die zich interesseert voor middeleeuwse bouwkunst.
>> Lees ook de recensie van Vincent Debonne op ArchiNed