De naam Marcel Raymaekers was van de jaren 1970 tot 1990 een begrip in Belgisch-Limburg en daarbuiten. Hoewel hij wettelijk gezien niet als architect was erkend, ontwierp en verkocht hij dromen van adellijkheid aan de groeiende Belgische middenklasse. Via zijn bedrijf Queen of the South, een ongelooflijke mix van antiekopslagplaats, nachtclub, restaurant, estaminet en jazzzaal, kocht en restaureerde Raymaekers duizenden ton antieke bouwonderdelen, en hergebruikte hij ze in honderden gebouwen naar eigen ontwerp. Deze elementen, zonder uitzondering indrukwekkend in hun vakmanschap en materialiteit, zijn stille getuigen van de enorme hoeveelheid gebouwen die sinds de Tweede Wereldoorlog zijn gesloopt.
Raymaekers hield geen archief bij, verleende zijn ontwerpdiensten 'gratis' bij de aankoop van zijn 'historische stijlobjecten', en de meeste transacties gebeurden onder de radar. Toch onthult zijn oeuvre, en de manier waarop hij het realiseerde, een alternatieve architectuurgeschiedenis in naoorlogs België, en biedt het een vooruitzicht op een meer circulaire toekomst voor architectuur, bouw en arbeid.
De naam Marcel Raymaekers was van de jaren 1970 tot 1990 een begrip in Belgisch-Limburg en daarbuiten. Hoewel hij wettelijk gezien niet als architect was erkend, ontwierp en verkocht hij dromen van adellijkheid aan de groeiende Belgische middenklasse. Via zijn bedrijf Queen of the South, een ongelooflijke mix van antiekopslagplaats, nachtclub, restaurant, estaminet en jazzzaal, kocht en restaureerde Raymaekers duizenden ton antieke bouwonderdelen, en hergebruikte hij ze in honderden gebouwen naar eigen ontwerp. Deze elementen, zonder uitzondering indrukwekkend in hun vakmanschap en materialiteit, zijn stille getuigen van de enorme hoeveelheid gebouwen die sinds de Tweede Wereldoorlog zijn gesloopt.
Raymaekers hield geen archief bij, verleende zijn ontwerpdiensten 'gratis' bij de aankoop van zijn 'historische stijlobjecten', en de meeste transacties gebeurden onder de radar. Toch onthult zijn oeuvre, en de manier waarop hij het realiseerde, een alternatieve architectuurgeschiedenis in naoorlogs België, en biedt het een vooruitzicht op een meer circulaire toekomst voor architectuur, bouw en arbeid.